Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Gideon [60]zeide tot God: Indien Gij Israel door mijn hand zult verlossen, gelijk als Gij gesproken hebt; 60. Anders, Gideon had gezegd; menende dat dit al tevoren geschied is, eer Gideon zich opmaakte tegen de Midianieten, en dat hier verhaald wordt als ene reden, waardoor Gideon ten volle in zijn geloof gesterkt zijnde, de beroeping met ijver heeft aangenomen en uitgevoerd. Het is opmerkelijk dat God Gideon zijn verzoek zonder enige berisping heeft toegestaan, waaruit, alsook uit de manier van zijn begeren, blijkt dat hij het niet uit wantrouwen en ongeloof, maar ootmoediglijk tot versterking zijns geloofs begeerd heeft.